Incabessen komen oorspronkelijk uit Zuid-Amerika, maar worden tegenwoordig ook verbouwd in Europa. De besjes die je in de winkel koopt, zijn gedroogd en hebben dezelfde bite als rozijnen. De buitenkant is heerlijk zoet en de binnenkant bestaat uit knapperige zaadjes met een citroenachtige smaak. Voor de lokale bevolking van Zuid-Amerika is de incabes al eeuwenlang een belangrijke voedselbron. De laatste tientallen jaren zijn de kleine geel-oranje besjes ook populair geworden in de rest van de wereld. Maak zelf kennis met de bijzondere smaak van dit super-fruit en je begrijpt waarom!
Dat incabessen al zo lang geliefd zijn als voedselbron, is geen wonder. Er worden namelijk nogal wat gezondheidsvoordelen aan toe geschreven:
Incabessen zijn van zichzelf al zó lekker dat je ze prima gewoon uit de hand kunt eten als snack. Al is een combi met wat ongezouten noten ook een aanrader! Een klein handje door je smoothie of toetje zorgt voor een fris-zuur accent. De besjes doen het verder ook erg goed in bijvoorbeeld koekjes of cakes. Probeer ze tot slot vooral ook eens door een salade; de unieke smaak zorgt voor een heel speciale finishing touch!
Vanwege hun mooie gouden kleurtje worden incabessen ook wel ‘gouden bessen’ genoemd. Omdat ze relatief rijk zijn aan eiwitten, zijn ze een perfect bestanddeel voor proteïnesmoothies, die geliefd zijn onder sporters omdat ze bijdragen aan de opbouw en het herstel van spierweefsel. Voor gouden sportprestaties kies je dus voor de incabes!